Driekwart meer geleidelijke werkhervattingen na ziekte
Ondanks de coronacrisis zijn er dit jaar nauwelijks minder dossiers opgestart voor werknemers die na een lange periode van ziekte het werk geleidelijk opnieuw oppakken. En er is meer goed nieuws: in vijf jaar tijd zijn maar liefst driekwart meer progressieve werkhervattingen opgestart.
Wie na een periode van ziekte zijn of haar werk wil en mag hervatten, kan – eventueel in overleg met een arbeidsarts – een progressieve werkhervatting aanvragen. Het doel van zo’n traject is om de werknemer weer naar het oorspronkelijke werkregime te begeleiden. Sinds 2016 is er een vernieuwd wettelijk kader voor deze vorm van werkhervatting. Sindsdien zijn de cijfers alleen maar gestegen: van 2015 tot 2019 zien we een toename van de progressieve werkhervatting met maar liefst 73%. Straf!
Sterk immuunsysteem
Tijdens de lockdown in april en mei van dit jaar, werden er veel minder progressieve werkhervattingen opgestart dan anders. Maar het grote succes tijdens de andere maanden van dit jaar, veegt dit negatieve corona-effect weg en houdt de jaarcijfers gezond. Voor de periode maart tot augustus tellen we slechts 6% minder dossiers dan vorig jaar. In de periode januari tot augustus zitten we zelfs bijna helemaal op het niveau als vorig jaar.“Het is best opmerkelijk dat er dit jaar nauwelijks minder progressieve werkhervattingen opgestart worden”, zegt Miet Vanhegen, juridisch adviseur bij Acerta. “Tijdens de lockdown konden heel wat arbeidsartsen geen vaststellingen doen of overleg plegen en dus geen nieuwe werkhervattingen begeleiden. Dat de andere maanden deze terugval compenseren, is een erg positief signaal. Werkgevers zijn zelfs in erg moeilijke tijden bezig met het heractiveren van werknemers na een ziekteperiode.”
Hervatting best binnen het kwartaal
Ons land telt meer en meer langdurig zieken die de werkzaamheidsgraad naar beneden duwen. Om die werkzaamheidsgraad op te trekken naar 80%, wil de Vivaldi-coalitie nog meer werk maken van de re-integratie van langdurig zieken. Volgens Acerta moeten ze daarom in de eerste plaats inzetten op een vroegtijdige interventie.
“Vandaag laat de wetgeving toe dat de werkgever na ten vroegste vier maanden een formeel re-integratietraject opstart. Studies geven aan dat de meeste succesvolle werkhervattingen liefst binnen de drie maanden beginnen. Uit onze cijfers blijkt dat vorig jaar 31,1% van de progressieve werkhervattingen binnen de 90 dagen begonnen, dat is een pak minder dan voorgaande jaren”, vertelt Vanhegen. “Het is niet positief dat de start van de ‘vrijwillige’ progressieve werkhervatting steeds verder wordt opgeschoven. Meer dan 15% van de progressieve werkhervatting in 2019 begon pas na meer dan een jaar.” Acerta pleit er dan ook voor dat werkgevers al vroeger met hun werknemer en de arbeidsarts in dialoog te gaan om het proces te versnellen.
foto: Pexels
HRM – arbeidsmarkt – duurzaam werken